at is eerlijk? Het is een vraag die Emma al jong stelt.“Ik heb een sterk rechtvaardigheidsgevoel. Als iemand wordt gekleineerd of woorden bewust worden verdraaid, kan ik daar boos om worden.”
Dat recht doen in de Bijbel een belangrijk thema is, wist de scholier van het Van Lodenstein College in Amersfoort eerst niet. Totdat er bij haar thuis aan tafel een dagboekstukje over Jesaja 58 werd gelezen. “Die profeet schrijft dat het volk Israël wel bidt en vast, maar ondertussen arbeiders afbeult. Jesaja wijst erop dat echt vasten betekent dat je doet wat recht is. Dat je onderdrukten vrijlaat, je brood deelt met wie honger heeft en mensen zonder thuis onderdak geeft. Ik wist niet dat die oproep om recht te doen zo duidelijk in de Bijbel stond. Waarom had ik dit niet eerder gelezen?”
Van haar oom hoort Emma over een van de grootste vormen van onrecht vandaag de dag: moderne slavernij. Het familielid werkt voor International Justice Mission (IJM), een organisatie die strijdt tegen slavernij en mensenhandel. Emma: “Ik las van IJM een artikel over complete families die als slaven moesten werken in een steenfabriek. De fabriekseigenaar verstrekte hun eerst een kleine lening en vroeg vervolgens zo’n hoge rente dat die families gedwongen waren voor hem te blijven werken. Ze kregen de schuld niet afbetaald. Het werk in de steenfabriek was loodzwaar en de ouders en kinderen werden ook mishandeld.”
Onvoorstelbaar
Wereldwijd zijn er ruim 40 miljoen slaven, becijferden de Verenigde Naties. “Een onvoorstelbaar groot aantal, het verbaast me dat daar niet meer aandacht voor is”, zegt Emma, lid van de gereformeerde gemeente in Houten. “Veel mensen, ook in de kerk, weten het niet. Daarom heb ik onlangs op de jeugdvereniging een inleiding gehouden over recht doen en gerechtigheid. In de Bijbel komt dat thema telkens terug. Moeten wij als christenen er daarom niet veel meer aandacht voor hebben?”
In veel landen bestaan er wetten tegen slavernij, maar die worden niet altijd nageleefd. Emma is enthousiast over het werk van IJM. “De organisatie bevrijdt niet alleen slaven, maar zorgt er ook voor dat slavenhouders worden gestraft en wetten worden nageleefd. Daarmee pakt ze het probleem bij de wortel aan.”
Emma verlangt ernaar om later in haar werk iets te kunnen betekenen voor slaven en verdrukten in de wereld. “Ik zit nu in vwo 6. Na de zomer wil ik internationale ontwikkelingsstudies gaan studeren.” Volgens de scholier kan ontwikkelingshulp verbeterd worden. “In Kenia is laatst de landbouw gestimuleerd met grote geldbedragen. Maar het geld ging enkel naar de grote boerderijen met veel koeien. Kleine boeren werden van hun land verdreven en kregen niets voor hun grond terug. Complete gezinnen raakten zo hun bron van inkomsten kwijt.”
In Nederland worden producten verkocht die door slaven zijn gemaakt. “Ik vind het moeilijk om me bij elke aanschaf af te vragen hoe iets is gemaakt”, geeft ze toe. “Bij kleding let ik er wel op, maar het is meestal lastig te achterhalen of er bijvoorbeeld sprake was van kinderarbeid. Ik vind dat winkels duidelijk moeten maken waar hun producten gemaakt worden.”
Eindtijd
Wordt ze niet moedeloos van berichten over slavernij en onrecht? “Ja, dat kan. Zo veel mensen leven in moderne slavernij. Waar moet je beginnen als je er iets aan wilt doen? Toch hoor ik steeds berichten van slaven die bevrijd worden en daders die achter de tralies verdwijnen. Er komt steeds meer aandacht voor mensenrechten en het belang van eerlijke rechtspraak.”
Ze besluit: “Je kunt zeggen: de wereld is vol ellende en het wordt alleen maar erger, want we leven in de eindtijd. Dat kan zo zijn. Maar dat is geen reden om onrecht te laten gebeuren. God geeft christenen de opdracht om op te komen voor wie verdrukt en vertrapt worden. En gelukkig mogen we weten dat God eens een einde zal maken aan al het onrecht. En dat het recht zal zegevieren!”
Bron: www.puntuit.nl