asi smeekte de ambtenaren om vrijheid voor zijn familie. Om verlichting na jaren van slavenarbeid. Jaren van mishandeling, scheldtirades, uithongering en werkdagen van vaak twintig uur.
De ambtenaren waren diep geschokt door Kasi’s noodkreet. Met hulp van International Justice Mission grepen ze vorige week woensdag in. Kasi werd gered, samen met 41 andere slaven, onder wie zestien kinderen en een baby van twee weken.
Ruim vijf jaar geleden kreeg een rijke man deze 13 families in zijn macht. Hij leende hen een klein geldbedrag, vroeg daar vervolgens een torenhoge rente voor en dwong hen tot slavenarbeid als ‘terugbetaling’. De families moesten bomen en struiken hakken, zodat het hout verkocht kon worden.
Als hun gereedschap stuk ging, moesten ze hun blote handen en lichamen gebruiken. Na het klaren van zo’n klus mochten ze een paar uur slapen in de open lucht. Daarna bracht de slaveneigenaar hen naar een andere geïsoleerde plek, waar ze opnieuw tot diep in de nacht hout moesten hakken.
Dagelijks leden de families onder wreedheid en vele ontberingen, van racistische scheldtirades tot fysieke mishandeling, omdat ze volgens de eigenaar te langzaam werkten. Ook uithongering en uitdroging werden als pressiemiddel ingezet. De 16 kinderen gingen nooit naar school. Twee weken voor de bevrijding moest een vrouw in een open veld bevallen van haar kleine meisje.
“Het was alsof we jaren in de hel leefden”, vertelde één van de bevrijde vrouwen. “We probeerden niet te ontsnappen, dat durfden we niet. Als we dat wel deden, zouden ze onze familieleden pakken en hen tot slavernij dwingen. Ze hebben overal mensen zitten.”
Een IJM-medewerker vertelde: “Er waren geen fysieke grenzen of muren die de slachtoffers ervan weerhielden de werkplek te verlaten. Het was de krachtige greep van angst die hen gevangen hield.”
De uitbuiting van de families werd ontdekt door een netwerk van bevrijde slaven dat zich inzet voor de beëindiging van slavernij in hun omgeving. Op woensdag 10 juli ondersteunde IJM de overheid bij twee gelijktijdige reddingsoperaties op plekken waar de slavenfamilies werden vastgehouden.
“Zodra de autoriteiten de werkplek betraden, kwamen de mensen naar hen toe”, herinnert een IJM-medewerker zich. “Dit was hun eerste sprankje hoop, maar in plaats van te glimlachen, zag ik angst op hun gezichten. Iedereen, van de jongste tot de oudste, zat onder de littekens en blauwe plekken van het bomen kappen en het verwijderen van doornen.”
De autoriteiten verzekerden de slachtoffers dat ze veilig zouden zijn en brachten ze alle 42 in veiligheid op een regeringskantoor. Daar kregen ze warme maaltijden.
Eerst durfden Kasi en de andere overlevenden niets te vertellen over wat ze hadden meegemaakt. Ze waren bang dat hun eigenaar dan later wraak zou nemen met nog meer en wreder geweld. Maar een reddingswerker genaamd Kalpana - die door IJM in 2013 werd bevrijd - moedigde hen aan en zei: “Je moet niet bang zijn voor de eigenaar. Hij moet bang zijn voor jullie. Loop met opgeheven hoofd.”
De strijd gaat door
De geredde gezinnen zijn nu aan het herstellen in hun geboortedorp, maar de strijd voor gerechtigheid is nog niet voorbij. IJM en onze partners blijven pleiten voor vrijheidscertificaten, die de bevrijde slaven officieel vrijverklaren van valse schulden en hen beschermen tegen verdere uitbuiting. Vijftien arbeiders hebben nu deze certificaten, maar de anderen wachten er nog op.
We werken ook samen met de lokale autoriteiten om ervoor te zorgen dat de vermeende slaveneigenaren worden gearresteerd en veroordeeld voor hun jarenlange mishandeling.
De foto van Kasi die neerknielt in het stof, veroorzaakte een schokgolf en haalde onder andere de voorpagina van The Times of India. Dit heeft het maatschappelijk debat over moderne slavernij in India en daarbuiten stevig aangewakkerd. Bij vele mensen zijn de ogen opengegaan: Slavernij is vandaag een gruwelijke realiteit, maar dit onrecht is te stoppen!